Een missionaris uit de middeleeuwen vertelt dat hij de plek heeft gevonden waar de hemel en de aarde elkaar raken
Wie ben ik? Waartoe bestaan wij in de kosmos? Waarom is tijd een illusie maar gaan wij toch dood? Op deze fundamentele vragen zijn al veel antwoorden gegeven door filosofen, wetenschappers, theologen en mystici. Hun kennis is in het boek Het Bestaan Ontrafeld met een originele systematiek samengebracht in de twaalf bestaansperspectieven. Tussen de perspectieven bestaan verborgen verbanden welke de auteur ontrafelt met de archetypes van de twaalf dierenriemtekens en de rekenkundige betekenis van de getallen.
Bestaansperspectief 1 omvat de eenheid van de Schepping. Deze goddelijke toestand kunnen we bevatten met de term aanwezigheid. Ik ben. Aanwezigheid is altijd nu, in het huidige moment. En daarom bestaat de tijd in wezen niet.
Maar toch zijn we geboren en gaan wij dood. Met onze sterfelijkheid bestaat er nog een tweede perspectief waarin we verouderen en de tijd tikt. Blijkbaar leven we in een gelaagde waarheid. De tijd bestaat niet - Alles is altijd NU - maar binnen dit eeuwige moment bestaat er een schijnbare tweede werkelijkheid waarin de klok tikt.
Op deze manier bieden de opeenvolgende perspectieven een steeds specifieker model van ons bestaan. De gebruikte systematiek is vergelijkbaar met de biologische indeling van de mens: organisme > dier > gewerveld dier > zoogdier > soort. Voor elk van deze niveaus is een specifiek model op te stellen en alle modellen samen benaderen een zo compleet mogelijk beeld van de mens. Zo is het ook met de twaalf bestaansperspectieven. De perspectieven 2 t/m 12 zijn onvolledig omdat wij zelf participeren in het bestaan van het heelal. Alleen in samenhang zijn de twaalf perspectieven allesomvattend.
Buiten de twaalf bestaansperspectieven bestaat er nog het nulde Godsperspectief. Het is de basistoestand van voor de geboorte en na de dood, van het niet-zijn, de afwezigheid, gezien vanuit onze aanwezigheid. Het mystieke Godsperspectief vormt de basis waarin alle perspectieven zijn gegrondvest.
Voor iedereen geldt: Ik ben aanwezig (1) in de afwezigheid (0). Deze bewering over de essentie van het bestaan weerspiegelt de paradox van God die zowel aan- als afwezig is. Als wij wakker zijn openbaart zich voor ons het bestaan. In de wakende toestand weet ik absoluut zeker dat ik besta; ik ben aanwezig. Ik weet niet of de wereld om mij heen werkelijk bestaat, ik weet niet of de mensen om mij heen echt bestaan, maar ik weet zeker dat ik besta en zelfs als de werkelijkheid een droom of een computerprogramma is, dan nog weet ik zeker dat ik besta. Ik besta en ben alleen (lees al-één). Niemand kan het hier mee oneens zijn. Niemand kan ontkennen dat hij of zij bestaat maar wat buiten het bestaan aanwezig is, ligt verscholen in het mysterie van het Godsperspectief.
De perspectieven 0 en 1 manifesteren zich in het niet-bestaan en het bestaan. To be or not to be. In deze tegenstelling zien wij twee kanten van dezelfde God: het Onbenoembare (0) en de Schepping (1). Met deze twee perspectieven kan in principe alles worden herleid, net als een computer alles berekent met enen en nullen. Het Godsperspectief (0) en de Schepping (1) zijn samen absoluut en volledig.
De perspectieven 0 en 1 zijn dus afgeleid uit de simpele rekenkundige betekenis van de getallen. 0 is afwezig, en 1 is afwezig. Ook de andere perspectieven zijn op deze manier gemodelleerd waarbij ze zijn aangevuld met de karakters van de twaalf dierenriemtekens. Perspectief 4 bestaat bijvoorbeeld uit een dubbele dualiteit (2x2) welke het uitgangspunt is in de vier elementen, en perspectief 7 bestaat uit vormen (4) en beweging (3) wat zich manifesteert in de fijnafstemming van zeven emanaties.
Binnen de ongedeelde eenheid van perspectief 1 bestaat er in perspectief 2 een dualisme met Stof en Geest. Voor de zichtbare Stof loopt de tijd vooruit en voor de onzichtbare Geest loopt de tijd terug. In perspectief 3 bepaalt de Waarnemer toestanden in het nu tussen de vormen van de Stof en de mogelijkheden van de Geest. Bij de starre 4 met zijn dubbele dualiteit komt er naast een splitsing in de tijd, ook een vervorming in de ruimte; er verschijnen grenzen, horizonnen en entiteiten met een ruimtelijk lichaam en ziel. Dankzij de ziel kan een entiteit bestaan in de ruimte en tijd. Bij de dynamische 5 smelten twee entiteiten samen tot een nieuwe ik. Ons ‘ik’ is een dynamische groep met vijf personages: wil, verstand, ik-bewustzijn, gevoel en emoties. In de 6 valt de ik uiteen in een verzameling deeltjes, die in 7 gaat samenwerken in een collectief. In de 8 (2x4) ontstaat er een bewuste bovenwereld en een onbewuste onderwereld, dan komt met de 9 (3x3) een versnelde beweging waardoor het geheel uiteenvalt (verscheidenheid, oerknal en mulitversum) wat culmineert in de 10: een verhoogde 1. In bestaansperspectief 10 verschijnen wij als een ‘ik’ (1) in de duistere kosmos (0). Zowel de levende als de levenloze natuur worden geboren en eindigen met de dood. Perspectief 10 is voor ons dan ook het leven van de geboorte tot de dood. Na de dood verdubbelt met het gekke getal 11 het bewustzijn (1+1): een immanent en transcendent bewustzijn. Tot slot komt in de 12 in een verhoogde Drie-eenheid (1+2) alles weer samen in een droom.
numerologie | teken | bewustzijn | levenscyclus |
---|---|---|---|
0 niets | afwezigheid | ||
1 eenheid | Ram | aanwezigheid | Schepping |
2 dualiteit | Stier | stof en geest | Vormen |
3 beweging | Tweelingen | waarnemer | Drie-eenheid |
4 vorm | Kreeft | lichaam en ziel | entiteiten |
5 groep | Leeuw | ik | conceptie |
6 verzameling | Maagd | materie en cognitie | deeltjes |
7 harmonie | Weegschaal | wij | schoonheid |
8 dubbele vorm | Schorpioen | onbewust en bewust | symmetriebreuk |
9 verscheidenheid | Boogschutter | ikken | oerknal/multiversum |
10 eenheid in niets | Steenbok | leven en dood | doodsstrijd |
11 dubbele eenheid | Waterman | tweede ik | hemel |
12 volheid | Vissen | immanent en transcendent | voleinding |
De zes even mannelijke perspectieven representeren zes vormen van bewustzijn en de zes oneven vrouwelijke perspectieven geven hier vormen aan.
Leesfragment
Veel deskundigen hebben nagedacht over het nauwe verband dat bestaat tussen ons mens-zijn, onze plaats in het heelal en de bijzondere eigenschappen van het heelal. De volgende standpunten worden in religies, filosofie en wetenschap ingenomen.
- Niet-weten Op alle existentiële vragen tasten wij in de duisternis. Iedereen zoekt toch antwoorden en vindt ze in de overtuigingen: theïsme (overgave aan een Almachtige God), atheïsme (ontkenning), agnostisme (twijfel) en humanisme (geloof in de mens).
- Creationisme Een schepper ontwierp het heelal met het doel om leven en de mens mogelijk te maken. Volgens veel godsdiensten bemoeit de Schepper zich actief met zijn creatie en volgens het deïsme heeft God zich na zijn schepping teruggetrokken en grijpt Hij op geen enkele wijze meer in (God als ‘horlogemaker’). Een seculiere variant is het intelligent design: een Architect heeft het heelal zo ontworpen dat de mens erin kan verschijnen. In alle varianten is het heelal geschapen met een doel.
- Geest Het leven heeft een onzichtbare oorzaak in de Geest. Deze wekt de levenloze natuur tot leven en maakt het bewust. In de Chinese filosofie noemt men de vrij stromende levenskracht ki en de gebonden levensenergie noemt men in het Boeddhisme prana. Volgens Plato bestaat er een parallelle wereld met de Ideeën. In de meeste tradities wordt de Geest als de echte of hogere wereld beschouwd waarvan de materiële wereld een imperfecte afspiegeling van is. De mens leeft afgescheiden van de Geest in een sluier van illusies (maya).
- Nu Alleen dit moment is echt en de rest is virtueel. Het nu is een waargenomen toestand met vormen waarin een virtueel verleden zit verscholen en waarin een mogelijkheid realiteit is geworden. Door de dynamische processen verandert de toestand van het nu. In een variant zonder bewustzijn kunnen in een chaotisch systeem spontaan structuren ontstaan. Volgens deze zienswijze is het heelal een kwantumcomputer waarop een computersimulatie draait. Het kosmische programma zit zo in elkaar dat er opzichzelfstaande systemen ontstaan die door zelforganisatie eigenschappen van leven vertonen. In een variant met bewustzijn kan het bewustzijn als Waarnemer een sturende rol spelen bij de bepaling van de toestand van het nu.
- Bezieling Het pantheïsme is een levensbeschouwing die ervan uitgaat dat alles en iedereen bezield is en zo in contact staat met de Schepping. Het heelal en elke entiteit binnen het heelal zijn bezield en dankzij de ziel kan het bestaan in de tijd. Er bestaat geen hogere god, maar de goddelijke aanwezigheid zit wel in alle entiteiten; elke atoom, ster, een boom, rivier, berg, het heelal en de mens zijn bezield. Elke ziel staat in wisselwerking met andere entiteiten. Er bestaat geen absolute werkelijkheid. Het panentheïsme is een variant waarin God ook nog als een transcendent wezen boven alle entiteiten staat als een drijvende kracht. Veel oosterse religies (o.a. hindoeïsme, taoïsme, boeddhisme) hebben pantheïstische kenmerken, evenals het (westerse) religieus humanisme. Ook veel natuurreligies en hedendaagse paganistische levensbeschouwingen met wortels in het oude Keltische en Germaanse heidendom zijn sterk verbonden met het pantheïsme. Aanhangers van deze stromingen zien Moeder Aarde als de voedster van alles wat leeft.
- Ik besta Alleen het ‘ik’ in het nu bestaat. Wij kunnen niet anders dan onszelf positioneren in het centrum tussen de micro- en macrokosmos. De oerknal, andere heelallen, snaren of witte gaten bestaan alleen maar als ideeën in ons hoofd. Wetenschappelijke modellen zijn handigheden om de wereld zoals we deze nu waarnemen te begrijpen vanuit ons beperkte perspectief. Het geloof in God en een leven na de dood is pure speculatie. We weten alleen zeker dat wij bestaan. Met onze creativiteit geven we uitdrukking aan ons bestaan. Meer zinnigs kunnen we er niet over zeggen.
- Evolutie Er bestaan vele heelallen en de succesvolle varianten kunnen door een uitwisseling van gegevens hun succesvolle eigenschappen doorgeven aan hun opvolgers. Via zwarte en witte gaten kan een heelal zich voortplanten. In deze zienswijze zou er een mechanisme moeten bestaan dat eigenschappen selecteert op basis van succes. Dat zou de levensduur kunnen zijn. Een heelal dat door een bepaalde configuratie maar kort leeft, zal weinig tijd hebben om zich voort te planten en zal zijn inferieure eigenschappen niet doorgeven aan een nieuwe generatie. Vruchtbare heelallen leven lang en produceren veel zwarte gaten en deze heelallen zijn ook gunstig voor de ontwikkeling van leven.
- Incarnatie De bijzondere eigenschappen van het heelal zijn ontworpen door een intelligentie uit een vorige heelal die niet meer bestaat en deze kennis is op een nog niet begrepen manier doorgegeven aan ons heelal. Op deze manier incarneren de ervaringen van het vorige leven in het huidige heelal. De natuurwetten die wij ontdekken zijn door onze voorgangers bedacht, en de mens en zijn opvolgers zullen in de toekomst een plan maken voor de volgende cyclus. Het intelligente vermogen van ons heelal ontwikkelt zich zoals deze zich in een mensenleven ontwikkelt. Na de bevruchting is een menselijk embryo nog niet intelligent maar het menselijk dna is geprogrammeerd om de hersenen te ontwikkelen. Zo is ook het biologische leven latent aanwezig in de natuurwetten en begincondities. Dankzij emergentie brengt de levenloze natuur microben voort, verschijnt de mens met zijn techniek en bouwen wij nu kunstmatige intelligentie. In een sprongsgewijze ontwikkeling worden informatiedragers toegevoegd: chemie, dna, gedachten, cultuur, computers, virtuele wereld. De mens is een tijdelijke schakel in deze ontwikkeling. Uiteindelijk raakt het heelal doordrenkt met intelligentie. Het doel van het heelal is om weer een nieuw heelal te ontwerpen voor de volgende cyclus. Alleen een heelal met intelligentie kan een interessant en levensvatbaar heelal ontwerpen. Het heelal met zijn intelligente wezens bestaat dankzij cycli van opeenvolgende heelallen. In deze verklaring bestaan verschillende varianten waarbij wij wel of geen keuzevrijheid bezitten.
- Zondeval De kwelling van ons aardse bestaan is een gevolg van een reeks onomkeerbare gebeurtenissen waardoor de eenheid van het heelal is verbroken. Op een diep niveau zijn we nog verbonden met het Universum maar de weg terug is versperd. De oorzaak ligt in de verbreking van symmetrie tussen goed en kwaad. We zijn verweesd van God en we moeten met onze keuzevrijheid, intelligentie, techniek en ons geloof op zoek naar de eindbestemming. Maar op het duistere pad zijn we bang, wij begrijpen niet waarom wij lijden en vragen ons of wat de zin is van het bestaan. Tevergeefs zoeken we antwoorden in de filosofie, wiskunde, religie. In de joods-christelijke versie is de zondeval de schuld van de mens en wij kunnen de orde herstellen door deugdzaam te leven. Wij hebben de vrijheid om te kiezen tussen goed en kwaad. De essentie van het leven zijn de morele keuzes tijdens het pad zelf en dus niet het doel. De keuzes die we maken met macht die we hebben brengen verantwoordelijkheden met zich mee. Gehoorzaamheid aan Gods wil wordt uiteindelijk beloond en overtreding zal worden bestraft.
- Multiversum Er bestaan oneindig veel heelallen die in een eeuwig proces geboren worden en uitdoven en elk heelal heeft een unieke karakteristiek, en met de oneindige veelheid aan heelallen moet er volgens de regels van het toeval ooit en ergens een heelal bestaan dat ons bestaan toelaat. Deze zienswijze noemt men het zwak antropisch principe. Wij bestaan en dan kan het niet anders dat het heelal eruit ziet zoals wij het zien, want in een heelal met iets andere eigenschappen dan het onze, hadden we nooit kunnen bestaan. En in een oneindig multiversum moet er een heelal bestaan, waarin wij bestaan.
- Realiteit Mogelijk is het heelal oneindig groot en dan moeten zelfs de meest onwaarschijnlijke gebeurtenissen ergens wel plaatsvinden of mogelijk is ons enige heelal een absurde toevalligheid. Het heeft weinig zin om ons hier druk over te maken. We weten alleen zeker dat wij bestaan. Dit is een praktische variant van antwoord 5 (ik centraal) en ook Gods woorden tegen Mozes Ik ben die Ik ben zien we er in terug: het is wat het is. Als we naar de realiteit kijken moeten we het volgende vaststellen: we hebben geen spoor gevonden van een God, Geest of ziel, wij zijn op aarde het meest intelligente wezen met de hoogste vorm van bewustzijn, we hebben geen enkel spoor aangetroffen van buitenaards leven, multiversa zijn niet waarneembaar en de vele theorieën over het begin en eind zijn niet te bewijzen en dus speculatief of metafysisch. Als we realistisch onze knopen tellen moeten we het volgende aannemen; alleen het nu bestaat echt, wij leven alleen in een vijandige ruimte, op aarde staan wij op de top van de piramide, met onze intelligentie kunnen we een betere versie van onszelf maken en onze nazaten zullen regeren over de kosmos als de Masters of the Universe.
- Absurdisme Alle beschreven visies gaan ervan uit dat het heelal zich volgens bepaalde wetten uitrolt, met een logische geschiedenis en een (deels) voorspelbare toekomst, waarin wij een wezenlijk en betekenisvol onderdeel van zijn. Maar wat weten nou echt? Wat wij als ons echte leven beschouwen is vanuit een heel ander perspectief misschien gevangenis of simulatie. Voor een buitenstaander lijkt de mens op een biologische plaag, wat een reden kan zijn voor intelligente superwezens om ons op Aarde in een kosmische dierentuin gevangen te houden. Misschien leven we in een computersimulatie van een technologische superieure beschaving. Of misschien worden onze eigen verzinsels op een goede dag realiteit. Komt de Messias ons binnenkort verlossen op de dag des oordeels of grijpt voortijdig het Vliegend Spaghettimonster in? Worden wij misschien in de maling genomen, net als die kalkoen die elke dag een portie eten krijgt en de kalkoen zal denken dat de mens goed is, totdat bij Thanksgiving de ware bedoeling van de mens voor de kalkoen duidelijk wordt. Verhalen kunnen een onverwachte wending nemen. Ontknopingen die ‘uit de lucht vallen’ werden soms toegepast in het klassieke Griekse en Romeinse theater waar een verhaallijn die was vastgelopen werd opgelost door een god ten tonele te voeren. Ook in scenario’s van film- en tv-producties, computerspellen en stripverhalen kiezen schrijvers er soms voor een plot af te ronden via een onwaarschijnlijke of bovennatuurlijke gebeurtenis. Dat lijkt soms op een dramaturgische ‘noodgreep’ maar de verrassing kan ons ook aan het denken zetten. In de filosofische stroming van het absurdisme stelt men dat het leven in essentie geen betekenis heeft, het onmogelijk rationeel is te verklaren en dat iedere poging om de essentie van het heelal te ontrafelen gedoemd is te mislukken. Volgens absurdisten is het menselijk lijden het resultaat van vergeefse pogingen om reden of betekenis in het bestaan te vinden. Het is onmogelijk om het absurde standpunt finaal te ontkrachten.
- Bewustzijn Het heelal moet de eigenschappen bezitten die het mogelijk maakt om leven te kunnen voortbrengen opdat het kan worden waargenomen. Deze visie staat bekend als het sterk antropisch principe. Alle mogelijke toestanden van het heelal bestaan virtueel en de toestanden waarin bewuste wezens tot ontwikkeling komen en die bewuste waarnemingen doen, nemen een reële toestand aan. Het bewustzijn bepaalt met een bewuste waarneming de realiteit en met een terugwerkende kracht wordt de bijbehorende logische verhaallijn geconstrueerd. Dit kunnen we vergelijken met een onweersbui waarin eerst onzichtbaar in de lucht de geladen deeltjes via verschillende routes op zoek gaan naar een ontladingspunt, en bij het eerste contact met de Aarde wordt de route vastgelegd waarbij de alternatieven uitdoven en we slechts één bliksemflits zien. In het bewuste heelal kunnen bewuste entiteiten door hun keuzevrijheid in de waarneming een realiteit projecteren. In deze visie moeten bewuste wezens tevoorschijn komen in de ontwikkeling van het heelal. De mens is in deze zienswijze niet strikt noodzakelijk; ook insecten of muizen zouden een bewuste waarneming kunnen doen. In een meer extremere versie is het bewustzijn de enige eigenschap van het heelal; alles is slechts een voorstelling van het bewustzijn. Bewust of onbewust creëren we een eigen perceptie van de wereld. Het heelal is in wezen een droom. Het idee dat alles buiten het bewustzijn een illusie is, gaat verder dan het sterk antropisch principe.
De dertien verklaringen omtrent de essentie sluiten elkaar niet uit. De oplettende lezer heeft de perspectieven van dit boek erin herkend. Vanuit een bepaalde invalshoek is elk perspectief waar. Hieronder staan nogmaals de dertien invalshoeken, maar dan beschreven vanuit de kennisleer.
- Nihilisme Er bestaat geen God, geen waarheid, de mens is alleen en de moraal is subjectief. De wereld heeft geen doel.
- Absolutisme Het waargenomene en de Waarnemer vormen samen een enkelvoudige eenheid. De werkelijkheid kan worden verklaard vanuit één model en de realiteit vloeit voort uit een vastgelegde definitie.
- Dichotomie Volgens Protagoras bestaan er over elke zaak twee benaderingen die tegenover elkaar staan. Voorbeelden: rationalisme versus het empirisme, of reductionisme versus holisme. Paradoxen volgen uit het niet kunnen samenbrengen van twee standpunten. Alleen vanuit een godsperspectief overziet men paradoxen.
- Empirisme In het empirisme wordt kennis afgeleid van hoe de wereld ervaren wordt. Er bestaat nooit twijfel over de waargenomen toestand van het heden. Door experimenten en waarnemingen via empirische methoden worden wetenschappelijke theorieën ontwikkeld en getoetst. Zodra deze waarnemingen in voldoende mate herhaalbaar blijken, geldt deze informatie als wetenschappelijk bewijs. Flexibel – out of the box – denken brengt ons verder. Niet zelden volgen doorbraken door toeval of fouten. Er blijven altijd onzekerheden over reconstructies van het verleden en voorspellingen over de toekomst.
- Relativisme Alle kennis staat nooit op zichzelf, maar is afhankelijk van iets anders. Alleen binnen een afgesloten horizon bestaat er een samenhangend werkelijkheidsperspectief en bepaalt het lokale causale verleden hoe de processen zich in de tijd uitrollen wat leidt tot het heden (bottom-up model). Binnen dit begrensde perspectief is ons heelal logisch, samenhangend en kenbaar. Einstein zei hierover: Het meest onbegrijpelijke van het heelal is dat het begrijpelijk is.
- Antropocentrisme De mens kan niet buiten zichzelf treden en de grenzen van het kenbare zijn verbonden met de beperkingen van ons bestaan. Buiten onszelf kunnen we geen absolute kennis vaststellen. Socrates beargumenteerde dat de mens eerst zichzelf moest kennen om tot kennis over de werkelijkheid te komen. Protagoras zei hierover: De mens is maat van alle dingen. Hoeveel afstand we ook nemen van onze emoties, verlangens, waardeoordelen en projecties, we komen nooit los van ons mens-zijn. Alle kennis – inclusief de wetenschappelijke theorieën – bestaat alleen binnen een maatschappelijke context.
- Dialectiek Kennis heeft waarde als deze in de praktijk nuttig is voor een bepaalde behoefte. Verschillende methoden om tot waarheidsvinding te komen vervullen onze behoeftes; bv. wetenschap, filosofie, theologie, wiskunde, logica, spiritualiteit, religie. Bijgevolg is onze kennis gefragmenteerd en zit deze vol met dualiteiten. Als tegenstellingen worden verenigd levert dat nieuwe inzichten op. De mens bezit maar een beperkte hoeveelheid kennis maar we hebben de laatste eeuwen ontzettend veel ontdekt. In een proces met vallen en opstaan groeit onze kennis gestaag en uiteindelijk zullen onze opvolgers absolutie kennis vergaren.
- Metafysica Wij zijn een klein en niet-noodzakelijk onderdeel van het heelal. Er bestaat buiten de mens een coherente waarheid welke we met we met een combinatie van waarnemen en logisch nadenken kunnen achterhalen. Onderzoek alles en behoudt het goede.
- Occultisme Achter de rationale metafysica van 7 zit een nog geheime diepere werkelijkheid die we alleen indirect of subjectief kunnen waarnemen. Kennis uit het onbewuste kunnen we ontdekken met bv. droomduidingen of geestverruimende middelen.
- Openbaring Wie het menselijk perspectief (5 antropocentrisme) loslaat wordt overspoeld door een overvloed aan werkelijkheidsperspectieven die los van elkaar staan. Wat overblijft is het vaste geloof in een bepaalde opvatting. Wie zich hieraan overgeeft ontvangt inspiratie van het goddelijke.
- Structuralisme Het heelal en de mens zijn een samenhangend geheel en alle onderdelen staan in relatie tot elkaar en vervullen functies in het geheel. In de basis is alles een uitingsvorm van onderliggende structuren. Concepten als het ik, identiteit, mens, man en vrouw zijn niet meer dan sociale constructies. De mens is niet meer dan een radartje in een machinerie.
- Vrijheid Het wezen van het bestaan is de vrije wil. Dankzij vrijheid kunnen we echt keuzes maken in het ontdekken van het bestaan. De antwoorden op de vraag wie wij zijn, waarom wij op aarde zijn, wat de zin van het leven is, zit in de keuzes die wij maken. Onze keuzevrijheid is de uitweg uit het voorgeprogrammeerde heelal dat vervalt van orde naar chaos. Met vrijheid hebben we het vermogen om niet-geprogrammeerde relaties te leggen. Zo ontstaan er nieuwe betekenissen. Met een doel voor ogen kunnen we met keuzevrijheid een weg uitstippelen. Als vrije wezens moeten we zelf inhoud geven aan ons bestaan. Keuzes doen ertoe en we moeten er de volle verantwoording voor nemen. Dat maakt het niet makkelijk, vooral als het gaat om kwesties van leven en dood. Om deze last dragelijk te maken, bieden de zeden ons richtlijnen. Het filosofische vakgebied van de ethiek richt zich op de vraag Wat is een goede moraal? Het confucianisme en taoïsme gaan in kern over het bewandelen van de juiste weg.
- Spiritisme De werkelijkheid wordt gecreëerd door bewuste waarnemingen. De observaties van het heden zijn het vertrekpunt om het verleden te reconstrueren (top-down model). Kennis komt voort uit een verbeelding in het nu. De droomwereld is de echte wereld. Bewust of onbewust maken we keuzes in wat we (willen) zien.
Beoorldeingen